De laatste reisdagen van de Catalina’s: Loulé en São Brás de Alportel

1 februari 2024 - Umbrete, Spanje

Voordat Catalina en ik naar Loulé doorreden, besloten we een stukje terug te rijden naar Portimão om Lodewijk gedag te zeggen. Het was eindelijk echt zonnig en we hebben heerlijk samen op het terrasje koffie en versgeperst citrussap gedronken en zitten kletsen. Marjorie was er niet, want ze was op werkbezoek in Nederland. Het was eigenlijk een hernieuwde kennismaking, want Lodewijk en Catalina hadden elkaar maar één keer vluchtig ontmoet, maar daar was niks van te merken, want ze praatten honderduit. Ik was er blij mee, want de familie van mijn moeders kant, het deel waar ik me het meest aan verwant voel, kennen mijn kinderen nauwelijks. Door overlijdens en verhuizingen en het ontbreken van een centraal persoon in de familie is het contact verwaterd.

Het was verleidelijk om in de zon te blijven zitten, maar we hadden plannen! We reden via de toeristische route naar Loulé, langer en langzamer dan via de snelweg, maar het was erg leuk om zo een indruk te krijgen van het ‘echte’ Portugal, zeker als het zoals die middag zonovergoten is. Wat we nu precies in Loulé moesten doen, wisten we nog niet. Toen we er aankwamen, konden we geen goeie camperplek vinden. We reden toen maar naar de Lidl, die overal in Portugal overnachtingsplekken aanbiedt, maar daar vonden we het niet fijn. Verder rijden wilde ik niet, want ik had die dag al veel gereden, dus moesten we iets verzinnen. Op weg naar de Lidl had ik in het stadje al wel wat parkeerterreintjes op overgeschoten lege plekken gezien, dus reden we op goed geluk naar een ervan. Voor Catalina was dat even wennen, zo’n wildparkeerplek, maar voor een nachtje stonden we er goed. We liepen naar het centrum dat dichtbij was en waren aangenaam verrast door de mooie oude stad. Dit was duidelijk een welvarende stad! Zulke mooie en luxe winkels had ik tot dan nog niet gezien in Portugal en we vermoedden een streekfunctie voor de omliggende dorpen.  Jammer genoeg was alles dicht op zondag, dus dwaalden we wat door het centrum, langs de prachtige Mercado en door de middeleeuwse straatjes erachter. Loulé, als Moorse vestingstad gebouwd: al-‘Ulay, is dus opnieuw een oude stad met een rijk verleden. De Algarve is prachtig en de stranden met bijbehorend toerisme zijn aantrekkelijk, maar inmiddels denk ik dat je maar iets het binnenland in hoeft te rijden om de cultuur, de mensen en hun oorsprong wat beter te leren kennen. Niet dat we daar op dat moment iets mee deden, want nieuwsgierig geworden naar de winkels besloten we om de volgende morgen nogmaals te gaan, maar dan zonder Gilles die etalages kijken niet leuk vond.

Dat was geslaagd! We keken rond en zagen veel moois. Bij een winkel met keramiek stond een oude dame, geheel in het zwart tot en met haar hoedje, haar waren aan te prijzen. Alles in het Portugees, maar we begrepen haar goed. Haar spullen waren idd mooier dan de meeste, alhoewel er meerdere mooie interieur zaken in Loulé zijn. Mooi gemaakt en prachtig en origineel beschilderd. We moesten haar teleurstellen, want ik zou niet weten waar ik het thuis zou moeten laten en Catalina had geen ruimte in haar koffer en nog minder voor breekbaar keramiek.  We prezen haar spullen en liepen door. Catalina vond in een tassenwinkel een mooie leren rugzak en ik in het volste handwerkwinkeltje ooit een mooie lap linnen. Totaal overbodig, want ik heb kasten vol lappen, maar ja, ik kon het niet laten en kocht een klein stukje voor de heb.

We hadden er veel meer tijd kunnen doorbrengen en stadswallen, oude Moorse baden en het archeologisch museum kunnen bekijken, maar we waren tevreden en het gebrek aan een goeie plek bracht ons op hetzelfde idee: terug naar die fantastische camperplek in São Brás de Alportel, die niet ver van het vliegveld lag om het laatste deel van Catalina’s verblijf af te sluiten. 
We reden er nog laat naartoe. Het was niet zo ver en het vooruitzicht om op een mooie plek de stoelen buiten te zetten zodat we nu het weer beter was buiten konden zitten, trok ons aan. Het was er heerlijk! Ruime plekken, aardige mensen, overal bomen en het was picobello in orde: alles werkte, was opgeruimd en schoon. We dachten dat er een bus naar São Bráz de Alportel ging, waar we het museum wilden bezoeken, maar dat leek niet te kloppen, dus fietste ik op goed geluk en met hoop op niet al te steile wegen ernaartoe. Heen ging goed: ik reed snel naar beneden en zag een leuk stadje met een centraal plein met prachtig betegelde huizen en zowaar een toeristenbureau dat open was. Ik kreeg een plattegrond, tips en uitleg en hoorde dat er idd een bus ging. ‘s Morgens om 8.30 uur heen en ‘s avonds om 18.30 uur terug….. Terug omhoog met Gilles achterop in zijn mandje lukte nét. Gelukkig, want ik fiets beter dan ik loop en een zware elektrische fiets met hond omhoog duwen langs een autoweg was vermoedelijk een klein drama geworden. 
 

We wilden een paar dingen: naar het museum, wat bezienswaardigheden bekijken en ons reisje afsluiten met een etentje. Gilles kon niet mee, dus was onze tijd beperkt, want alle bezienswaardigheden sloten om 5 uur. Er werd een taxi voor ons gebeld die ons voor €5,- naar het stadje bracht en we vertrokken om 3 uur. Wat een luxe!                           
Het museum was gevestigd in een oud landhuis dat met alles erop en eraan was nagelaten door een kinderloze familie die begin 20e eeuw de lokale economie had opgekrikt door de mogelijkheden van kurk te ontwikkelen. We zagen de kleding uit die tijd, de foto’s, een filmpje over de kurkindustrie en natuurlijk het prachtige huis met een volledig ingerichte keuken, de bijgebouwen met gereedschap en gebruiksartikelen en de tuin met allerlei voertuigen, ook agrarische. Het was de moeite waard! Er was nog net tijd om de lokale kerk te bekijken, die net als de meeste in Portugal eenvoudig is. Het uitzicht ernaast over de omgeving was prachtig. We hadden de Romeinse weg nog kunnen bewandelen, maar we vonden het genoeg en wilden niet te lang wegblijven. 

Terug in het centrum zochten we naar een lekker restaurant. Wat we ons niet realiseerden, was dat de meeste restaurants in Portugal pas vanaf 7 uur ‘s avonds opengaan. We zochten overal en vonden bijna alles dicht. Alleen een soort cafetaria was open, maar dat was niet wat we zochten. Uiteindelijk hebben we in een Ierse pub gegeten na een tip van de kelner uit een Italiaans restaurant dat nog lang niet opende. Daar werd heel goed voor ons gezorgd en er was van alles te eten: vooral curry’s trouwens 🙃 De rest van de gasten bestond uit (oude) Portugese mannen die voetbal kwamen kijken. Er stond Banana split op de dessertlijst en die bestelden we uit nostalgie. We kregen een enorme schaal vol ijs, banaan, aardbeiensaus en slagroom. Tja….Na koffie en een wit portje als attentie waren we meer dan verzadigd en werden we door de vriendelijke en goed Engels sprekende taxichauffeur teruggereden. 

Zo sloten we ons geslaagde rondreisje tevreden af.  We gingen vroeg slapen, want Catalina moest om 8 uur op het vliegveld zijn. Ik bracht haar met de camper, zwaaide haar gedag en reed terug naar São Bráz de Alportel waar ik nog een dagje bleef om de was te doen en alles rustig te laten bezinken.
 

Foto’s

4 Reacties

  1. Catalina:
    1 februari 2024
    Wat waren het heerlijke dagen! Ik heb vandaag aan een zwager een mogelijke verklaring gegeven van hoe de Kerstens door de generaties heen in veel gevallen mensen van het woord zijn geworden. Wat hebben we ook veel gepraat!
  2. Catalina:
    1 februari 2024
    We hebben idd veel gepraat.
    Heb jij er een verklaring voor? Omdat te kunnen en te willen? Veel lezen? Jong geleerd? In ieder geval aanleg denk ik. Toen ik dertien was realiseerde ik me al dat ik dat goed kon.
  3. Karla:
    8 februari 2024
    Mis je je huis en Vlissingen nog niet, Catalina, en het vormgeven van je omgeving?
  4. Catalina:
    8 februari 2024
    Hoi Karla, er zijn zeker dingen die ik mis! Vooral mensen 😏 Maar de regen en kou mis ik niet, dus wacht ik nog wat en reis langzaamaan weer in noordelijke richting. Het is hier ook winter hoor en niet altijd lekker weer, nu is het net gaan regenen en dat zal een paar dagen duren -gelukkig voor de Spanjaarden-, maar met regelmatig een sterke zon beter voor mijn gezondheid. Tegen de tijd dat ik er ben is het hopelijk voorjaar. Groetjes!

Jouw reactie